Titel: Hoogbegaafde hulpzoekers
Auteur: Lukien Holting & Noks Nauta
Uitgever: Donald Suidman BigBusinessPublishers
ISBN: 9789493171282
Samenvatting
Er blijkt een enorme behoefte te zijn naar meer kennis bij hoogbegaafde hulpzoekers, zo schrijven de auteurs. Mensen met de kenmerken van hoogbegaafdheid en psychische problemen, hoe herken, erken en behandel je ze binnen de GGZ? Een makkelijk, goed leesbaar boek met ervaringsverhalen wanneer je op zoek bent naar hulp binnen de GGZ en wanneer je kenmerken van hoogbegaafdheid hebt.
Het boek
Het boek bestaat uit drie delen. Het eerste deel gaat over hoogbegaafde cliënten in de ggz, onderverdeeld in zes hoofstukken. Het tweede deel zijn ervaringsverhalen van verschillende cliënten en het laatste deel bestaat uit aandachtspunten en bijlages.
De doelen van dit boek zijn: (1) hoogbegaafde volwassenen die hulp zoeken herkenning en steun geven, (2) het aanreiken van kennis rondom hoogbegaafdheid en psychiatrische problemen en (3) hoogbegaafden stimuleren om zelf aan de slag te gaan met het verkennen van hun eigen hoogbegaafdheid.
Het eerste deel beschrijft de thema’s en theorie waar individuen met kenmerken van hoogbegaafdheid mee kampen. Jacobsen (1999) heeft na haar onderzoek drie categorieën uitingsvormen gegroepeerd. ‘overdreven’, ‘ingezakt’, ‘neutraal’. Deze uitingsvormen zorgen ervoor dat niet altijd alle kenmerken goed zichtbaar zijn en zeker wanneer een cliënt erg veel last heeft van stress en psychische klachten kunnen kenmerken zich op verschillende manieren uiten en kunnen ze vervormd zijn. Er is in dit boek een handig overzicht/ tabel gemaakt aan de hand van het Delphimodel om vervormde kenmerken van hoogbegaafdheid te herkennen in een gesprek waar in de GGZ zeker gebruik van gemaakt kan worden (Jacobsen heeft dit nog veel uitgebreider gedaan en is te vinden in haar onderzoek). De classificaties en diagnostiek zijn in dit boek erg summier beschreven. Voor de hulpzoeker is dit misschien prettig en makkelijk overzichtelijk, echter voor de professional (al is dit boek daar ook niet op gericht) vind ik dit te summier en zou ik daarom aanraden om het boek van Webb ‘Misdiagnose en dubbeldiagnsoe bij hoogbegaafdheid’ of ‘praktijkboek hoogbegaafdheid in psychotherapie’ te gebruiken (zie eerdere recensie), deze gaat veel dieper in op de diagnoses en is eigenlijk onmisbaar in de GGZ, naar beide boeken wordt verwezen. Voor de hulpzoeker is er een hoofdstuk gewijd aan waar je terecht kunt, hoe dit werkt en de knelpunten die je hierbij kunt ervaren. Dit kan helpend zijn, zodat de hulpzoeker goed weet waar hij/ zij op moet letten om de juiste hulp te ontvangen.
Het tweede deel is geschreven vanuit ervaringsverhalen. Je leest wel dat het verschillende verhalen gecomprimeerd tot één verhaal zijn. Hierdoor neemt de betrouwbaarheid van de verhalen wat af en in de verwijzingen naar boeken wordt er veel verwezen naar eigen geschreven boeken. Voor de lezer van dit boek die echt door zo’n proces gaat, kan ik me voorstellen dat de lezer zich minder herkent vanuit een gevoel wat de hulpzoeker allemaal doormaakt. Daarvoor kun je wel terecht op de website van het IHBV (www.ihbv.nl). Hoewel de auteurs absoluut willen proberen hier dichtbij te komen, mag de gevoelsmatige kant, die vaak door hoogbegaafde psychische patiënten wordt ervaren meer in het licht komen te staan. Zij verdienen dit, omdat het echt een zwaar traject is voor hoogbegaafden, mede door de enorme intensiteit die deze mensen ervaren. De auteurs verwijzen hier ook naar. Zo’n 87% van de mensen met kenmerken van hoogbegaafdheid ervaart ook een hoge sensitiviteit, dit is dus een zeer sterk verband. Er is weinig wetenschappelijk onderzoek gedaan naar hoogbegaafdheid en psychische problemen bij volwassenen, waardoor het lastig is om de juiste diagnose te stellen, goed te signaleren/ herkennen en de juiste behandeling te starten. Hierin is nog een hoop werk te verrichten.
Conclusie
Hoogbegaafdheid zit in iemands persoon en levensgeschiedenis. Dit boek is een aanzet tot het meer erkennen van hoogbegaafdheid in de psychiatrie en daar hebben de auteurs absoluut aan bijgedragen. De ervaringsverhalen zijn wat objectief van aard en ik kan me daardoor voorstellen dat dit wat veraf staat van degene die echt in het proces zit. Het lijkt nu soms wat oppervlakkig, terwijl deze processen met zeer diepe intensiteit ervaren wordt door hoogbegaafden in de psychiatrie. Ik sluit af met een mooie uitspraak die in het boek staat vermeld afkomstig van Johan Cruijf: ‘Je ziet pas als je het door hebt’. Ik hoop dat er door het uitkomen van dit boek weer meer bekendheid ontstaat rondom hoogbegaafdheid binnen de GGZ, dat psychologen meer kennis krijgen hoe complex de problematiek kan zijn en wat een enorme worsteling voor de hulpzoeker zelf. Ik hoop dat er dan meer getalenteerde mensen gezien en geholpen mogen worden in hun zoektocht naar hoe zij hun leven mogen leven en weer licht gaan zien!
Inmiddels is er ook een Landelijk Kennisnetwerk Psychiatrie en Hoogbegaafdheid (www.kennisnetwerkphb.nl) opgericht, waardoor er meer bekendheid komt binnen de psychiatrie voor hoogbegaafdheid en de problemen die daarmee samenhangen. Een zeer mooi en waardevol initiatief.
Doortje Wüllschleger
Bestuurslid Choochem